Makita 4191D Instruction Manual - page 18
18
NEDERLANDS
Verklaring van algemene gegevens
1
Moer
2
Sluitplaat
3
Schroef
4
Batterijpak
5
Bout
6
Buiten flens
7
Diamantschijf
8
Binnen flens
9
Asvergrendeling
10
Losdraaien
11
Vastdraaien
12
Inbussleutel
13
Watertankhouder-bevestigings-
punt
14
Watertank
15
Schroef (A)
16
Schroef (B)
17
Watertankhouder
18
Dieptegeleider
19
Voetplaat
20
Klemschroef
21
Boveneinde van inkeping
22
Schaalverdeling
23
Klemschroef
24
Schaalverdeling voor
verstekslijpen
25
Voor slijpen in rechte lijn
26
Voor 45° verstekslijpen
27
Slijplijn
28
Trekschakelaar
29
Ontgrendelknop
30
Vuldop
TECHNISCHE GEGEVENS
Model
4191D
Diameter slijpschijf ............................... 80 mm of 85 mm
Slijpdiepte
Met 80 mm diamantschijf
90° ......................................................... 0 – 21,5 mm
45° ............................................................ 0 – 16 mm
Met 85 mm diamantschijf
90° ............................................................ 0 – 24 mm
45° ............................................................ 0 – 18 mm
Toerental onbelast (min
-1
) ...................................... 1 000
Totale lengte ....................................................... 316 mm
Netto gewicht ......................................................... 2,1 kg
Nominale spanning ......................................... D.C. 12 V
• In verband met ononderbroken research en ontwikke-
ling behouden wij ons het recht voor bovenstaande
technische gegevens te wijzigen zonder voorafgaande
kennisgeving.
• Opmerking: De technische gegevens kunnen van land
tot land verschillen.
Doeleinden van gebruik
Het gereedschap is bedoeld voor het snijden in glas en
metselwerk met een diamantschijf en water.
Veiligheidswenken
Voor uw veiligheid dient u de bijgevoegde Veiligheids-
voorschriften nauwkeurig op te volgen.
BELANGRIJKE
VEILIGHEIDSVOORSCHRIFTEN VOOR
ACCULADER EN ACCU
1.
Lees alle voorschriften en waarschuwingen op
(1) de acculader, (2) de accu, en (3) het product
waarvoor de accu wordt gebruikt, aandachtig
door alvorens de acculader in gebruik te nemen.
2.
Neem de accu niet uit elkaar.
3.
Als de gebruikstijd van een opgeladen accu aan-
zienlijk korter is geworden, moet u het gebruik
ervan onmiddellijk stopzetten. Voortgezet
gebruik kan oververhitting, brandwonden en
zelfs een ontploffing veroorzaken.
4.
Als er elektrolyt in uw ogen is terechtgekomen,
spoel dan uw ogen met schoon water en roep
onmiddellijk de hulp van een dokter in. Elektrolyt
in de ogen kan blindheid veroorzaken.
5.
Bedek de accuklemmen altijd met de accukap
wanneer u de accu niet gebruikt.
6.
Voorkom kortsluiting van de accu:
(1) Raak de accuklemmen nooit aan met een
geleidend materiaal.
(2) Bewaar de accu niet in een bak waarin
andere metalen voorwerpen zoals spijkers,
munten e.d. worden bewaard.
(3) Stel de accu niet bloot aan water of regen.
Kortsluiting van de accu kan oorzaak zijn van
een grote stroomafgifte, oververhitting, brand-
wonden, en zelfs defecten.
7.
Bewaar het gereedschap en de accu niet op
plaatsen waar de temperatuur kan oplopen tot
50°C of hoger.
8.
Werp de accu nooit in het vuur, ook niet wanneer
hij zwaar beschadigd of volledig versleten is. De
accu kan namelijk ontploffen in het vuur.
9.
Wees voorzichtig dat u de accu niet laat vallen
en hem niet blootstelt aan schokken of stoten.
BEWAAR DEZE VOORSCHRIFTEN.
Tips voor een maximale levensduur van de accu
1.
Laad de accu op voordat hij volledig ontladen is.
Stop het gebruik van het gereedschap en laad de
accu op telkens wanneer u vaststelt dat het ver-
mogen van het gereedschap is afgenomen.
2.
Laad een volledig opgeladen accu nooit opnieuw
op. Als u de accu te veel oplaadt, zal hij minder
lang meegaan.
3.
Laad de accu op bij een kamertemperatuur tus-
sen 10°C en 40°C. Laat een warme accu afkoelen
alvorens hem op te laden.
4.
Laad de nikkel-metaalhydride accu op telkens
wanneer u hem langer dan zes maanden niet
hebt gebruikt.
BIJGEVOEGDE
VEILIGHEIDSVOORSCHRIFTEN
VOOR HET GEREEDSCHAP
1.
Denk eraan dat dit gereedschap altijd gebruiks-
klaar is, aangezien het niet op een stopkontakt
hoeft te worden aangesloten.
2.
Kontroleer de snijschijf zorgvuldig op barsten of
beschadigingen, alvorens het gereedschap te
gebruiken. Vervang een gebarsten of bescha-
digde schijf onmiddellijk.
3.
Gebruik uitsluitend de voorgeschreven flenzen.